In Frankrijk bezoeken we
La Rochelle

Heb je vragen?

Of wil je juist iets vertellen?

Mail het naar:

Afra de Wit

Bronnen:


* De wetenswaardigheden over de oude familie Seignette en de brief van Koning Lodewijk XIV: Contribution aux études historiques sur la Pharmacie en France: La Pharmacie à la Rochelle avant 1803 door Maurice Soenen, docter in de pharmacie - 1910

* Olivier Caudron

* Gemeentehuis La Rochelle

* Herkomst van de tekst en het schilderij van Jehan Seignette: "Oeuvres anciennes des musées d'art et d' histoire de la Rochelle" door Thierry LeFrançois; het originele schilderij is eigendom van het stadhuis l'Hôtel de Ville in la Rochelle (in depot)

  1. *De Gemeentearchieven en Chambre du Commerce van La Rochelle, Frankrijk

  2. *Bibliotheke Internationale, Paris, Frankrijk

  3. *De Gemeentelijke Archieven van de stad Amsterdam

  4. *Het Gemeentearchief van Mijdrecht

  5. *Gemeinte-Informationen Kleef, Duitsland

  6. *Geneologie en stambomen Internet en Wikipedia (exclusief fouten)

  7. *Historische informatie uit de volgende boeken:

- La Pharmacie avant 1800 de la Rochelle et sa Seignette, Maurice Soenen

- De medische wetenschap in de 16e eeuw, Lindeboom

- La Rochelait Salt, gebr. Seignette

- Historische Kring Heemskerk, Heemskring no. 46 en 47 (toestemming akkoord)

resp. P.F. Seignette, heelmeester in Heemskerk en De nazaten van P.F. Seignette


* Met speciale dank aan Dominique, Peter en Teuny

Klik hier om verder te gaan naar de Stamboom Boom.html

...want wie wat bewaart, die heeft wat

La Rochelle is ontstaan in de 10e eeuw en ligt in Midden-Frankrijk aan de Atlantische kust. Tegenwoordig heeft de stad zo'n 80.000 inwoners en een eigen vliegveld en een universiteit.
In de 12e eeuw werd La Rochelle een belangrijke havenplaats, waar men hoofdzakelijk handelde in wijn en zout. De stad stond ook in contact met andere protestante kuststreken in Engeland en de Nederlanden, zoals onze Hanzesteden. Daardoor konden de inwoners zich ontwikkelen en dat bracht hen veel voorspoed. Zo was La Rochelle de eerste Franse stad met een burgemeester en het stadsbestuur oefende ook een positieve invloed uit op het vastleggen en beschrijven van de verschillende beroepen en hun gildes.

Brieven en documenten uit de 16e en 17e eeuw geven ons een kijkje op andere tijden. Of het nu belangrijke gebeurtenissen zijn, die de geschiedenis zouden bepalen, of over het leven van de gewone mensen, het geeft een beeld van die tijd.

Daarom zijn veel oude stukken een bewijs uit het verleden geworden.

Zo bevinden zich in Frankrijk in het stadje

La Rochelle talrijke gegevens over de familie Seignette. De oudste stukken dateren uit 1555, omdat men in die tijd Doop-, Trouw- en Overlijdensaktes in Gemeentelijke Archieven van het stadhuis - Hôtel de Ville - bijhield.

1550 - De Franse stad La Rochelle

Het stadhuis van La Rochelle in de 17e eeuw

Om onze voorvaderen goed te begrijpen is de geschiedenis van La Rochelle erg belangrijk. Dat komt omdat deze in hun leven een grote rol heeft gespeeld. In de 16e eeuw waren de meeste Fransen katholiek, net als hun koningen. Maar de welvaart van de stad bracht ook andere, nieuwe denkbeelden met zich mee. Na eeuwen van katholieke overheersing tijdens de Middeleeuwen ontstonden er langzamerhand nieuwe "verlichtende" richtingen binnen het geloof. De Renaissance brak aan, een periode van vrijheid en voorspoed, en rond 1568 werd La Rochelle een centrum voor de Hugenoten, een soort protestanten. De Hugenoten stichtten hun eigen kerken.

Die mochten echter geen kerk genoemd worden, maar tempel. Ze hadden ook een eigen kruis, het Hugenotenkruis.

1700 - Een oude tempel in La Rochelle

Het Hugenotenkruis

Ook hertog Hendrik van Navarra, die later koning Henri IV van Frankrijk zou worden, was een aanhanger van de Hugenoten, zéér tegen de zin van het verdere katholieke hof in Frankrijk.

De situatie escaleerde op 24 augustus 1572 tijdens de beruchte Bartholomeusnacht in Parijs, waar veel voorname Hugenoten naar het hof waren gekomen om een bruiloft te vieren. In de nacht na het feest werden zij op gruwelijke wijze onthoofd. In de loop van de daaropvolgende maanden verspreidde zich een golf van geweld over heel Frankrijk.

"Moord van Parijs, geschied in 't jaar 1572 op S.Bartholomeüs Dag"

De Hugenoten of Protestanten stond een gruwelijk lot te wachten.

Mensen werden met handen en voeten aan bomen vastgebonden en vermoord.

Hier zien we hoe een man hoefijzers onder zijn voeten krijgt genageld.

Koning Henri IV had als overtuigd protestant in 1598 het Edict van Nantes ondertekend dat vrijheid van godsdienst toestond. Echter, de koning werd in 1610 vermoord.

Zijn zoon Louis XIII was toen pas 8 jaar oud, waardoor zijn moeder Maria de Medici samen met Armand du Plessis,

beter bekend als kardinaal

De Richelieu, het heft in handen nam.

1598 - Het Edict van Nantes, het originele document

De machtige kardinaal de Richelieu vond de protestanten in La Rochelle een bedreiging en zocht naar een manier om de bevolking op de knieën te krijgen.

In allerlei Franse steden werden Hugenoten die openbare functies bekleedden uit hun ambt gezet, ambachtslieden werden uit de gilden verstoten, protestantse scholen werden aan katholieken overgedragen of simpelweg gesloten.

Er werden zelfs met terugwerkende kracht zware belastingen opgelegd, die men alleen maar kon voorkomen, door het protestantse geloof schriftelijk af te zweren en zich daarna tot katholiek te bekeren. Of het gezag stuurde soldaten om de eigendommen van de protestanten tegen plunderingen te beschermen. Maar de protestanten werden tegelijkertijd gedwongen om die soldaten onderdak te verschaffen en hen van voedsel te voorzien! Dat kon bijna niemand betalen.

La Rochelle raakte tenslotte op 10 september 1627 zò in conflict met het centrale gezag van koning Louis XIII, dat kardinaal Richelieu troepen stuurde naar de stad en haar omsingelde.

Het beleg duurde veertien maanden en de situatie voor de bewoners werd uiteindelijk onhoudbaar.

Nadat tweederde van de 25.000 bewoners door hongersdood en ziekte waren gestorven, gaf de stad zich in 1628 over.

Het Edict - met handtekeningen - op een speciale postzegel

1628 - Kardinaal Richelieu tijdens het Beleg van La Rochelle,

een impressie van een kunstenaar

1628 - La Rochelle krijgt steun van de Engelse Hugenoten , die hier bij de haven van de stad arriveren,

maar het mocht niet baten

Het Edict van Nantes werd ingetrokken en de Hugenoten waren hun leven niet meer zeker.

Er ontstonden grote vervolgingen en gruwelijkheden in heel Frankrijk, waarbij duizenden Hugenoten de dood vonden. Velen van hen vluchtten naar Nederland, maar ook naar Noord-Amerika, waar ze bijv. in 1689 New Rochelle stichtten (vlakbij het huidige New York, maar daar gaan we hier niet verder op in).

Waarom vertellen we dit allemaal? Waarom is dit belangrijk?

Omdat het óók onze voorouders in La Rochelle overkwam!
Daarom gaan we eerst nog even terug naar deze Franse havenstad waar de stamvader der Seignettes woonde. Gelukkig is er bijzonder veel van het stadsarchief van La Rochelle bewaard gebleven. Daarom kunnen we nu in de tijd teruggaan om stukje bij beetje onze geschiedenis te ontrafelen…

In 1592 wordt Jehan Seignette geboren. Beroep: meester-apotheker. Zijn vader was koopman en had een winkeltje aan de rue Bourserie met een uithangbord "la Fortune".

Jehan behoorde tot het "nieuwe geloof" en bekleedde ook de functie van diaken in de kerk, getuige nog enkele inscripties in de oude tempel. In de bibliotheek van La Rochelle zijn documenten te vinden die laten zien dat hij een apotheek had in een huis genaamd "Quatre Vents".

Deze Jehan maakte de verschrikkelijke ontberingen tijdens het Beleg van La Rochelle mee en dat motiveerde en stimuleerde hem om nieuwe medicijnen te vinden. Zo vinden we in de Bibliotheek van de stad veel documenten die aangeven dat Jehan goede resultaten boekte met de werking van onder meer de mosterdplant en een speciaal soort zout:

Citaat:

" Het gebrek aan levensmiddelen werd steeds groter. Er was nog maar weinig vlees, wel waren er nog sardines, haring en kabeljauw maar er was een tekort aan vers voedsel ontstaan. In maart 1628 werden veel inwoners door ziekte getroffen: een ziekte die "ferobs" werd genoemd, of ook wel "mal de terre" [lett. 'landziekte', bedoeld werd 'landscheurbuik']; het moet zonder twijfel inderdaad scheurbuik zijn geweest. De patiënten hadden doffe, levenloze ogen, zweren in de mond, rottend tandvlees, vrijwel verlamde armen en opgezwollen benen. De artsen dachten dat de ziekte veroorzaakt werd door het gepekelde (ingezouten) voedsel en daarom schreven zij de zieken voor om mosterdplant met witte wijn te nuttigen, de mond te spoelen en de benen te behandelen met het zout van apotheker Seignette. Tegen Pasen was de ziekte verdwenen."

Jehan trouwde met Marie-Suzanne Guillemard en ze kregen 7 kinderen, waarvan hier alleen op twee zonen wordt ingegaan: Jehan (arts) en Elie (meester-apotheker).

1627 - Richelieu tijdens Het Beleg van La Rochelle, herdenkingszegel

Eén van hun belangrijkste bevindingen, het zout van apotheker Seignette, wordt uitgebreid beschreven in het volgende boek:

MAURICE SOENEN

La Pharmacie à la Rochelle

avant 1803

Les Seignette et le Sel Polychreste

Links de originele voorkant van het boek "De pharmacie in La Rochelle voor 1803 - De Seignettes en het Polychreste zout. Rechts het onderste deel iets uitvergroot.

Het is een proefschrift van Maurice Soenen om in 1910 te promoveren en zijn doctorstitel te behalen aan de Universiteit van La Rochelle. Maurice was de kleinzoon van een pharmacien en zoon van de directeur van het Algemene Pharmacie Instituut van Frankrijk. Voor zijn bijzondere inzet voor de Geschiedenis van de Pharmacie in La Rochelle ontving hij postuum een gouden medaille.

Maurice Soenen

Een inscriptie door de auteur geschreven:

"A Monsieur Massion, L' auteur, très cordialement"

Maurice Soenen

Maurice neemt ons mee naar de geschiedenis van de farmacie in La Rochelle.
Op deze afbeelding is goed te zien hoe een apotheek er uit zag in de 17
e eeuw. Dit gebouw bestaat nog steeds en bevindt zich in de Rue du Temple. De apotheek werd gedurende meer dan 120 jaar in gebruik genomen door drie apothekers van de familie Jambu.

De farmacie werd in het algemeen niet alleen bijzonder serieus en voortvarend bedreven, zij werd ook uitgebreid beschreven. Om kwakzalvers en nietsnutten te weren werden er allerlei regels en statuten vastgelegd.

Zo moest je, om bevoegd apotheker te worden in de leer bij meester-apothekers, bij hen examens afleggen, respect voor collega's tonen, en daarna nog voldoende "krediet" bij de burgemeester behalen om je bekwaamheid te tonen.

Ook moest je een administratie bijhouden van de geneesmiddelen en de uitwerkingen ervan op de gebruikers. In die tijd was dat echt totaal anders dan de farmaceutische industrie van tegenwoordig.

Een alchemist in zijn werkruimte - circa 1650

In bijvoorbeeld artikel 49 staat beschreven, dat de zonen van een apotheker een bijzondere status krijgen ingeval hun vader (en kostwinner natuurlijk) zou komen te overlijden. Zij konden als zodanig het beroep van hun vader voortzetten, er werd zelfs een mentor voor zijn achterblijvende kinderen benoemd, en zij hoefden ook minder belasting te betalen.

Maurice heeft het allemaal terug gevonden in de oude archieven van het Handvest der Statuten uit 1601.

Hier de eerste bladzijde van dit manuscript van de Verenigingsgilde van chirurgijns, en de familiewapens van een paar "meesters".

Ondertussen zocht de vader van Jehan en Elie, Jehan Seignette, naar nieuwe medicijnen tegen vele verschrikkelijke ziekten, zoals bijvoorbeeld scheurbuik, maar ook tegen pijnen en ontstekingen van wonden. Hun bevindingen werden dikwijls vastgelegd en soms bij het Gilde gedeponeerd. Ook werkten er soms andere apothekers en chirurgijnen samen met de Seignettes.

Helaas kwam vader Jehan te overlijden in 1648. Elie was toen nog maar 16 jaar oud.

"Nu moeten we de taken anders verdelen" schrijft hij zijn broer. "Jehan kan zijn experimenten uitvoeren, en ik prepareer de medicijnen en houd de registratie van de zieken bij". Door vermoedelijk de drukte van deze werkzaamheden had Elie amper tijd om zich aan de statuten van het gilde te houden en hij negeerde veel aanmaningen van zijn collega's om zijn diploma te behalen. Hij ontving een boete van "500 livres", uitgebreid beschreven in een rechterlijk bevel van 31-7-1649.

We vinden ook een mooie beschrijving over deze periode van Madame Henriette Murat (bibliothecaresse in La Rochelle), 1996 (citaat):

"Vanwege zijn leeftijd was hij volgens de wet niet bevoegd om de apotheek op eigen houtje voort te zetten. Zijn moeder leefde ook al niet meer, hij had dus ook geen voogdes. Daarom had hij eigenlijk de hulp nodig van een door de leden van het vakgenootschap erkende apothekersbediende. Hij deed echter geen enkele moeite om een dergelijke bediende te zoeken en ging gewoon door met het uitoefenen van zijn vak. Daarop werd door zijn vakbroeders een proces tegen hem aangespannen en moesten de twee broers voor het gerecht verschijnen. Uiteindelijk kreeg Elie toch toestemming om zijn beroep uit te oefenen tot hij 20 jaar zou zijn, de leeftijd waarop hij als meester-apotheker zou kunnen worden erkend. Maar toen hij die leeftijd had bereikt, verzuimde hij een verzoek in te dienen om de examens te mogen afleggen… De vijandschap van zijn vakbroeders kwam tot uiting in gerechtelijke procedures, en scherpe, kritische verslagen van gehouden controles. Ondanks al deze dreigementen en gerechtelijke acties heeft Elie Seignette nooit gevraagd om de examens, ter verkrijging van het meesterschap, ten overstaan van het Apothekersgilde van La Rochelle te mogen afleggen."

In de jaren die volgden sloeg hij het advies van de gilde om zijn diploma's te halen steeds in de wind. Maurice heeft nergens gevonden waarom. Het "andere" geloof zou een rol kunnen spelen misschien?

Boven: Een apotheek rond 1600

Links: een bronzen mortier

Ondertussen trouwde Elie Seignette in 1654 op 22-jarige leeftijd met Elizabet Perdriau.

Ze kregen 7 kinderen: Elisabeth (1656-1679), Elie (1657-1719), Pierre (1660-1719),

André (1664- /1698), Jean (1667- /1698), Madeleine (1671-1728) en Benjamin (1677- /1698).

Elie Seignette (1632 - 1698)

Vijfentwintig jaar lang zijn er regelmatig processen tegen Elie Seignette aangespannen. Toch ontving Elie later een brevet van bekwaamheid!

Dat kwam omdat ondanks alle tegenwerking het vuur in hem bleef branden!

Want een paar jaar na het overlijden van hun vader ontdekte hij samen met zijn broer Jehan het Sel de Seignette of het Seignette- of Rochelle zout. De exacte datum is niet bekend, maar het moet tussen 1648 en 1660 geweest zijn, vermoedelijk 1655, af te leiden uit de chemische bestellingen van de broers.
Het zout had o.a. een positieve laxerende werking en werd zo goed ontvangen, dat het niet alleen in Frankrijk, maar ook internationaal faam kreeg, tot zelfs in Amerika aan toe.

Afbeeldingen van de verpakking van het Seignette zout , de voor- en de achterkant

Rechts een Frans artikel verschenen op 31 augustus 1913 in het Bulletin van het Genootschap voor de Geschiedenis van de Farmacie.

Links de Nederlandse vertaling. Het heet: "Het Seignette-zout aan het hof van Versailles onder Lodewijk XVI", geschreven door Maurice Soenen.

Maar ondertussen bleef kardinaal de Richelieu na het Beleg van La Rochelle grote druk uitoefenen op de Hugenoten van het apothekersgilde in de stad. Hij wijzigde zelfs een aantal statuten en in artikel 1 werd toegevoegd:

"De allereerste voorwaarde die voor apothekers noodzakelijk is om hun beroep uit te oefenen, is, dat zij van het katholieke geloof moeten zijn."

Ook werd de macht van de burgemeester overgedragen aan een controleur van de koning, die zo zeggenschap kreeg over het doen en laten van de apothekers.

Toen Elie beroemd geworden was, diende hij zelf een verzoekschrift in bij de koning om zijn beroep te mogen uitoefenen. Immers, nu de koning de controlefunctie van het apothekersgilde had overgenomen, moest Elie dus zijn verzoekschrift óók bij de koning indienen. En het bijzondere is, dat koning Louis aan dat verzoek voldeed op 16 januari 1673.

Dit verzoek werd doorgegeven aan de Intendant van de Généralité [indertijd, in Frankrijk: hoogste bestuurder van een bepaald gebied (een provincie of district)]. Deze Intendant, Colbert du Terron, reageerde op het verzoek met een dusdanige positief en gunstig advies dat de koning Elie toestemming verleende om in La Rochelle het apothekersvak uit te oefenen. Want het werd in het 2e statuut toegevoegd. Elie was toen 41 jaar oud.

Uit de archieven van La Rochelle kan men duidelijk aantonen, dat Elie meer dan dertig jaar tegenwerking en vijandigheid van het gilde ondervond. Maar ondanks alles bleef hij Hugenoot. Deze situatie duurde voort tot aan zijn dood op 66-jarige leeftijd in 1698. Althans, dat vermoeden we...

Toch moeten we dit standpunt enigszins herzien. We vragen ons af of Elie tot 1698 wel protestants is gebleven...?

Door de verdere digitalisering van archieven en plaatsing van veel oude documenten op het internationale internet kwamen er het afgelopen jaar toch nog een aantal documenten boven tafel, die getuigen, dat 'n Elie Seignette en zijn vrouw, enige tijd in gevangenschap hebben doorgebracht. Elie was toen 59 jaar. Zou dat deze Elie zijn?

In het Frans staat er:

En in het Nederlands lezen we:

"Het kwam zover dat de nieuwe bekeerlingen gevangen werden gezet, net als de anderen.
Elie Seignette werd in maart 1691 naar Besançon gestuurd, en zijn vrouw naar het Couvent de la Providence [klooster van de Voorzienigheid] in La Rochelle. Slechts met grote moeite kon Seignette aantonen dat zijn bekering oprecht was. (Louvois [minister van oorlog] aan Bégon [waarschijnlijk de Intendant Michel Bégon], 11 en 18 maart 1691)."

We vonden nòg een oud document, een verzoekschrift van Elie, verstuurd uit de gevangenis van Besançon:

Hier links onderaan staat te lezen: Verzoekschrift van Elie Seignette, 1693

Hier de vertaling van de aanvraag en het verzoekschrift:

" De openhartigheid waarmee Jean de Mirande bekent dat hij het koninkrijk wilde verlaten om met een gerust geweten te kunnen leven, zal een ieder getroffen hebben. Jammer genoeg is over de afloop van dit proces niets bekend. Andere inwoners van La Rochelle die niet zoals de Mirande tijdig maatregelen hadden genomen om het land te verlaten en door het oversteken van de grens hun vervolgers kwijt te raken, en die trouwens ook dachten dat de Herroeping slechts een "storm" van korte duur zou zijn, werden naar de Franse binnenlanden gedeporteerd en vaak afschuwelijk behandeld. Ter illustratie hieronder de wanhoopskreet van één van de beklagenswaardige slachtoffers van deze praktijken. Het gaat om de arts Elie Seignette¹ wiens achternaam trouwens nog steeds in La Rochelle voorkomt. Deze Elie Seignette heeft een aantal jaren gevangen gezeten; uiteindelijk kwam hij terecht in de Franse stad Besançon. Tijdens zijn gevangenschap daar volbracht hij alle uiterlijke plichten van een goed katholiek, maar slaagde er desondanks niet in zijn tegenstanders te doen geloven aan de oprechtheid van zijn bekering. Het onderstaande verzoekschrift is een uittreksel uit de serie TT 451 XI, 26: "

" Hoogwaardige Excellentie,
Door mijn langdurige gevangenschap vanaf 1 maart 1691 tengevolge van een 'lettre de petit cachet' [door de koning bekrachtigd bevel tot inhechtenisnemening], ben ik terechtgekomen in een wanhopige ellende die nog dieper, en zwaarder te dragen, zou zijn als ik geen hulp en steun zou ontvangen van een aantal menslievende personen. Mijn ellendige situatie is de reden dat ik de vrijheid neem Uwe Hoogheid op de hoogte te brengen van het feit dat ik mij weldra reeds gedurende drie lange jaren op verre afstand van mijn geboortegrond bevind, mijn vrienden en verwanten moet missen, en zwaar terneergedrukt word door mijn ellendige omstandigheden. Bovendien heb ik al mijn bezittingen [en/of ander geldswaardig papier zoals effecten] moeten verkopen om te kunnen voorzien in de meest dringende, onmisbare behoeften voor mijzelf en voor mijn echtgenote die gevangen zit in een klooster in La Rochelle waaraan een hoog bedrag aan 'kostgeld' moet worden betaald.

Uit de brieven die mij zijn toegezonden, heb ik begrepen dat Uw intendant, de heer de Begon en ook Zijne Hoogwaardige Excellentie de Bisschop van La Rochelle u brieven hebben gestuurd waarin in gunstige zin over ons is geschreven, en ook dat Uwe Hoogheid² zo goed is geweest met de Koning over ons te spreken. Dit brengt me ertoe Monseigneur, u te verzoeken mij onder uw welwillende en krachtige bescherming te nemen en ons te helpen onze vrijheid en rechten terug te krijgen. Het verlenen van deze gunst, waardoor ik en mijn vrouw voor de uiterste wanhoop gespaard zouden kunnen worden, zal voor ons een aansporing zijn onze gebeden op te zenden tot God om voor Uwe Hoogheid voorspoed en gezondheid af te smeken.
Ik heb de eer te zijn, Monseigneur, Uw zeer nederige en toegewijde dienaar, de beklagenswaardige Elie Seignette, nieuwe bekeerling uit La Rochelle.

Besançon, 21 augustus 1693. "

¹ Zie: "La France protestante" [protestants Frankrijk], deel IX, blz. 249. We vermoeden, dat het hier een neef van Elie betreft, die arts was, en daardoor gevangen heeft gezeten.
² Volgens een schrijven van de intendant Delafond, gedateerd 7 augustus 1693, gevoegd bij het verzoekschrift waaraan een ander is voorafgegaan, gedateerd 14 juli.

We weten niet, of het Franse hof hierop gereageerd heeft.

In de verte ligt het stadje Besançon in een meander (lus) van de rivier de Doubs. In de stad bevindt zich op een rots een Citadel (vestingswerk) gebouwd door de militaire architect Vauban tijdens het regime van Koning Lodewijk XIV - schilderij van de Amsterdammer Frans van der Meulen (1632-1690)

Uit een andere Franse bron vinden we opnieuw een alinea over 'n Elie Seignette in Besançon :

"In overeenstemming met zijn eerdere arresten van 21 juli 1664, vernietigde de Raad van de Koning het "arrest van Rouen". Daar stond in, dat, ondanks de richtlijnen van het gilde over een beroep, de opleiding daarvoor, en het "meesterstuk" (soort examen), men ook een aanhanger van een ander geloof kon zijn. Dit arrest dateert van 22 januari 1685. Enkele maanden later zou de Raad alle protestanten verbieden het beroep nog langer uit te oefenen."

"Het verbod had dezelfde gevolgen als die voor de andere medische beroepen: bekering en bestraffing. Elie Seignette, die apotheker was in La Rochelle, werd naar Besançon verbannen. En een zekere Vigoureux, in Marans, ondervond moeilijkheden, toen zijn zieke echtgenote de sacramenten weigerde."

"Uiteindelijk zou de Verklaring van 1724 (artikel XIV) de apothekers verplichten tot het bezit van een bewijs van katholiek-zijn."

Voor een neef van Elie die arts was, zag het leven er ook somber uit.

Zijn naam was (ook) Jehan Seignette, zoon van Jehan en Catherine Magnen. Deze Jehan mocht van de koning zijn beroep niet meer uitoefenen en werd uit het gilde der artsen verwijderd. Na zijn uitbanning vertrok hij naar Parijs, waar hij zich in 1701 zogenaamd nog net op tijd "bekeerde" tot het katholieke geloof en daardoor van de dood gered werd. Dit volgens een brief van een Jezuiet uit Parijs. Maar hij overleed in 1701.

Het arrest van Koning Louis

om Jehan uit zijn ambt van arts te zetten

Jehan Seignette

neef van Elie (1654-1701)

Nu we steeds meer te weten zijn gekomen over het leven van Elie Seignette, over zijn ontdekking van het Seignettezout, maar ook over de nijpende problemen vanwege het geloof, kunnen we ons voorstellen, dat zijn kinderen daar óók de gevolgen en ontberingen van ondervonden. Toen hun vader Elie in 1698 overleed, was dat in ieder geval voor twee van zijn kinderen voldoende om naar elders te vertrekken. In de Franse archieven staat bij drie van zijn kinderen een "streep" gevolgd door het jaar /1698. Alsof ze alle drie in datzelfde jaar waren "verdwenen"... Maar nee, niet verdwenen dus, maar gevlucht naar veiliger oorden, zoals Amsterdam. Het betreft Jean en Benjamin Seignette. Over André Seignette hebben we nog niets kunnen vinden.

Vanuit de havenstad La Rochelle werd in die tijd regelmatig naar de Franse koloniën in Noord-Amerika en het Caribisch gebied gevaren om handel te drijven. Er zijn daarom veel gevluchte Hugenoten in "La Nouvelle France" Québec, Canada, terecht gekomen.

Nederland was ook bijzonder in trek om naartoe te reizen. Men dreef al jarenlang handel met de Hollanders door producten zoals wijn en zout aan hen te verkopen. Er waren zelfs nauwe connecties met Nederlandse families, die op hun beurt ook La Rochelle bezochten. Op verschillende gebouwen zijn nu nog inscripties en opschriften in het Nederlands terug te vinden, die getuigen van die bijzondere relatie. Het is niet verwonderlijk, dat de Hugenoten in Nederland met speciale vestigingspremies en voorrechten werden verwelkomd.

Het is heel bijzonder om te ontdekken, dat in ieder geval zijn zonen Jean en Benjamin vanaf 1698 in de archieven van Amsterdam opduiken. In 1703 wordt er zelfs een jongetje geboren, die de naam van Elie krijgt, en waar in zijn geboorte-akte de namen van zijn opa en oma genoteerd staan: Elie Seignette en Elisabet Perdriau.

De geboorteakte van Elie Seignette uit 1703, zoon van Benjamin Seignette en Marie Houting. De getuigen zijn Jean Seignette en zijn vrouw, Anne Gujonneau, namens opa en oma, Elie en Elisabeth uit Frankrijk…

Lees hier binnenkort meer over de Seignettes in Amsterdam.

Natuurlijk gaat de geschiedenis over de Seignettes in La Rochelle, Frankrijk verder. Een deel daarvan wordt verteld door Dominique Fontaine en Mr. Olivier Caudron, over Pierre Seignette.

Op deze website is binnenkort ook meer informatie over Het Seignette Zout te vinden en over de Nederlandse stamboom met zijn Nederlandse nazaten Seignette.

Nog even terug naar het La Rochelle van de 18e eeuw, waar onze voorouders gelopen moeten hebben…

De Rue de Bourserie is er niet meer...

...maar een Rue Seignette wel

Anno 2014 komt hier een video van Max en Gerry Schaaper. Gerry is ook een Seignette afstammeling. Ze is samen met haar man naar La Rochelle geweest, en laat ons belangrijke gebouwen en straatjes van onze voorouders zien.

En tot slot 'n kwartetspel, gekocht bij een digitaal loket van een Gemeente-Desk uit La Rochelle...

...met Elie en Jehan Seignette… voorouders om trots op te zijn en nooit te vergeten.

Anno 2011 is er zelfs een Expositie over het Seignette Zout georganiseerd door mijnheer Olivier Caudron, toendertijd directeur van de Universiteitsbibliotheek in La Rochelle.

Achterkant van het boek van Maurice Soenen - de haven van La Rochelle

In La Rochelle was het immers zo, dat de protestanten gedwongen werden om zich te bekeren tot het katholieke geloof.

Bij weigering werden ze verbannen en gevangen gezet.

Hier zien we een een aantal vrouwelijke Hugenoten, die gevangen zaten in de Tour de Constence, geschilderd door Jeanne Lombard (1907)

Musée du Désert

Webdesign by Joomlawebdesign24.nl - Joomla specialisten